Afgelopen jaren heeft het Kaj Munk een groot aantal ontwerpers ontvangen met een variatie aan disciplines. Dit verschilt van modeontwerpers tot architecten tot grafisch ontwerpers, van theatervormgevers tot meubelontwerpers. Iets wat alle ontwerpers gemeen hebben, is dat ze ontwerpen voor een doelgroep. Ze gaan een proces in met de eindgebruiker als uitgangspunt. Daarom noemen ze hun werk toegepast ontwerp.

Tijdens 1 of 2 lesuren krijgen leerlingen een interactief college, stellen ze vragen en krijgen een opdracht waarbij ze betrokken worden in het beroepsproces van de ontwerper.

Iedere les heeft een aantal ijkpunten:

> De leerlingen zijn tijdens hun normale lessen bezig met het maken van een toegepast ontwerp, gelinkt aan het beroep wat de ontwerper uitoefent. De ontwerper mag daar expliciet naar vragen en feedback geven op hun gemaakte werk tot nu toe.

> Het verhaal is persoonlijk. Hoe is hij of zij ontwerper geworden? Wat waren zijn/haar drijfveren?

> De ontwerper vertelt iets over 2 of 3 eigen projecten, hij/zij gaat in op het proces, wat kwam hij/zij tegen? Wat waren de beren op de weg? Waar kunnen leerlingen rekening mee houden in hun eigen maakproces?

> De ontwerper houdt het verhaal interactief, betrekt de leerlingen bij je verhaal. Laat leerlingen meedenken en een oplossing voordragen voor eigen kunstzinnige probleemstellingen die je hij/zij tegenkomt.

> Het verhaal is visueel, er wordt veel gebruik gemaakt van film en fotomateriaal.

Enkele voorbeelden van kunstenaars en hun lessen zijn:

• Jorrit Teakema- Meubelontwerper
• Marga Weimans- Modeontwerper
• Roel Huisman-Theatervormgever
• Charlotte Kan- Modeontwerper
• Margreet Angelita van der Vlies- Architect